-
1 verkeerd
1 [fout, onjuist] wrong♦voorbeelden:een verkeerd beleid voeren • follow a bad policyeen verkeerde diagnose • a faulty diagnosisde verkeerde dingen zeggen/doen • say/do the wrong things, put one's foot in it, blunderhet eten kwam in mijn verkeerde keelgat • the food went down the wrong wayiets verkeerd aanpakken/behandelen • go about something the wrong wayzij had het helemaal verkeerd begrepen • she had got it all wronghij doet alles verkeerd • he can't do a thing rightpardon, u gaat verkeerd • pardon me, but you're going the wrong way/in the wrong directionhet liep verkeerd met hem af • he came to grief/to a bad endhet pakte verkeerd uit • it went all wrongverkeerd parkeren • unauthorized parkingiets verkeerd spellen/uitspreken/vertalen • misspell/mispronounce/mistranslate somethingzijn woorden werden verkeerd uitgelegd • his words were misconstruedverkeerd verbonden zijn • have dialled a wrong numberiets verkeerd verstaan/begrijpen • misunderstand somethinghij was in de oorlog verkeerd • he was on the wrong side during the warwe zitten verkeerd • we must be wronghij had iets verkeerds gegeten • something he had eaten had upset himdaar zie ik niets verkeerds in • I can't see anything wrong with thatje hebt de verkeerde voor • you've mistaken your man, you've come to the wrong shopdat is de verkeerde • that's the wrong one -
2 vergalopperen
〈wederkerend werkwoord; zich vergalopperen〉 〈 figuurlijk〉1 〈 overijld handelen〉 overplay one's hand (in), overreach oneself (in/with regard to); 〈 blunder begaan〉 put one's foot in it/one's mouth -
3 verspreken
〈wederkerend werkwoord; zich verspreken〉1 [klanken verwisselen] make a mistake/slip (of the tongue)2 [zich iets laten ontvallen] let one's tongue run away with one ⇒ 〈 iets verklappen〉 let the cat out of the bag, 〈door praten in moeilijkheden komen; informeel〉 put one's foot in it -
4 enormiteit
2 [overmatige grootte] enormity, enormousness♦voorbeelden: -
5 enormiteiten debiteren
enormiteiten debiterenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > enormiteiten debiteren
-
6 vaart
3 [zeereis] voyage5 [(vaar)route] course♦voorbeelden:in vliegende vaart • at breakneck speed, headlongin volle vaart • (at) full speed/tiltde vaart erin houden • keep up the pacevaart krijgen • gather/pick up speed〈 figuurlijk〉 het zal zo'n vaart niet lopen • it won't come to that/get that badvaart minderen • reduce (one's) speed, slow down〈 figuurlijk〉 ergens vaart achter zetten • hurry/speed things up, get a move oner zit geen vaart in het verhaal • the story doesn't go anywhereiets in zijn vaart stuiten • arrest the development/growth of something2 de grote vaart • (the) sea-/ocean-going tradede kleine vaart • (the) home tradede vaart is weer open • navigation is possible againde wilde vaart • tramp shipping -
7 de verkeerde dingen zeggen/doen
de verkeerde dingen zeggen/doensay/do the wrong things, put one's foot in it, blunderVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > de verkeerde dingen zeggen/doen
-
8 een vastberaden houding aannemen
een vastberaden houding aannementake a resolute/firm stand; 〈 krachtig optreden〉 put one's foot downVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > een vastberaden houding aannemen
-
9 vastberaden
♦voorbeelden:1 een vastberaden houding aannemen • take a resolute/firm stand; 〈 krachtig optreden〉 put one's foot down -
10 wat meer vaart geven
wat meer vaart gevenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > wat meer vaart geven
-
11 hand
1 [lichaamsdeel] hand♦voorbeelden:in andere handen komen • change handsblote handen • bare handsdie zaak is in goede/slechte handen • that matter is in good/bad handsin goede/verkeerde handen vallen • 〈 figuurlijk〉 fall into the right/wrong handsiemand de helpende hand bieden • lend someone a (helping) handniet met lege handen komen • not come empty-handed〈 figuurlijk〉 uit de losse hand • roughly, in an improvised wayiets met vaste hand doen • do something with a sure touch〈 figuurlijk〉 met vaste/krachtige hand regeren • rule with a firm/iron handhij is in veilige handen • he is in safe handsiemand (de) handen vol werk geven • give someone no end of work/troublede handen vol hebben aan iemand/iets • have one's hands full with someone/somethinghij heeft de handen meer dan vol • he has enough/too much on his platedat kost handen vol geld • that costs lots of moneyiets aan vreemde handen toevertrouwen • entrust something to strangershij heeft de handen niet vrij • he does not have a free hand〈 figuurlijk〉 de vrije hand hebben/krijgen • have/acquire a free handergens zijn handen niet aan vuil willen maken • refuse to soil one's hands with something〈 figuurlijk〉 ik draai er mijn hand niet voor om • 〈 ik heb er geen moeite mee〉 I think nothing of it; 〈 het kan me niet schelen〉 I don't care a rap (for it)iemand de hand drukken/geven/schudden • give someone one's hand, shake hands with someonedan kunnen we elkaar de hand geven • we're in the same boat〈 figuurlijk〉 iemand de hand boven het hoofd houden • 〈 aan zijn kant staan〉 stand by someone; 〈 iemand beschermen die iets misdaan heeft〉 protect someone〈 figuurlijk〉 de handen op elkaar krijgen • earn/get applause〈 figuurlijk〉 de hand op iets/iemand leggen • lay hands on someone/somethingiemands hand lezen • read someone's palmde hand lichten met het reglement • disregard the regulationselkaar de hand reiken • hold out a hand to each other 〈 ook figuurlijk〉; 〈 figuurlijk〉 reach out to each otherhanden schudden • shake handshij steekt geen/nooit een hand uit • he never does a stroke of workde hand over het hart strijken • 〈 figuurlijk〉 be lenient/soft-heartedhij kan zijn handen niet thuishouden • he can't keep his hands to himselfdaar wordt vaak de hand mee gelicht • that is often skimped/not taken seriously(mijn) hand erop! • you have/here's my hand on it!handen omhoog! (of ik schiet) • hands up!/ 〈 informeel〉stick 'em up! (or I'll shoot)handen thuis! • hands off!〈 figuurlijk〉 iets aan de hand hebben • 〈 met iets bezig zijn〉 have something going/on; 〈 bij iets betrokken zijn〉 be involved in somethingaan de hand van deze berekeningen • on the basis of these calculationsiemand een middel aan de hand doen tegen huiduitslag • put someone on to a good remedy for a rashniks aan de hand! • there's nothing the matteraan de hand van deze ervaringen concludeer ik … • in view of these experiences I conclude …iets achter de hand hebben • 〈 figuurlijk〉 have something to fall back on; 〈 heimelijk〉 have something up one's sleevewat geld achter de hand houden • keep some money for a rainy dayik heb mijn gummetje altijd vlak bij de hand • I always have my rubber near at handin de handen klappen • clap one's handsiemand iets in handen spelen • put something someone's wayiemand iets in de hand duwen/stoppen • slip/thrust something into someone's hands; 〈 figuurlijk〉 palm/fob someone off with somethingeen bewijs in handen hebben • have evidencehet onderzoek is in handen van N. • the investigation is being conducted by N.de markt in handen hebben • control/have control of the marketde politie heeft de zaak nu in handen • the police have the case in handde macht in handen hebben • have powerde toestand in de hand hebben • have the situation in handin handen vallen van de politie/de vijand • fall into the hands of the police/enemy〈 figuurlijk〉 iets met beide handen aangrijpen • jump at something; 〈 aanbod, gelegenheid ook〉 seize (upon) somethingmet de hand gemaakt/geschreven • hand-made/handwritten〈 figuurlijk〉 iemand naar zijn hand zetten • force/mould/bend someone to one's will, manage someone, twist someone round one's (little) fingeriets om handen hebben • have something to do〈 figuurlijk〉 iemand onder handen nemen • take someone in hand/to taskiemand op (de) handen dragen • 〈 figuurlijk〉 worship/idolize someonehand over hand toenemen • increase hand over fist, gain ground rapidlyiemand iets ter hand stellen • hand something (over) to someoneiets ter hand nemen • take something up, take something in hand, undertake somethinger komt niets uit zijn handen • he doesn't get anything doneuit de hand lopen • get out of handiemand het werk uit (de) handen nemen • take work off someone's handsiets van de hand doen • sell/part with/dispose of somethingvan hand tot hand gaan • be passed from hand to handgoed/duur van de hand gaan • sell well/at high prices 〈 van koopwaren〉dat is de meest voor de hand liggende conclusie • that is the most obvious conclusiongeen hand voor iemand/iets uitsteken • not lift a finger for someone/somethinghij heeft er geen hand naar uitgestoken • 〈 niets aan gedaan〉 he hasn't done a stroke of work on it; 〈 niets van gegeten〉 he hasn't touched itgeen hand voor ogen kunnen zien • 〈 figuurlijk〉 not be able to see one's hand in front of one('s face)ik heb maar twee handen! • I have only (got) one pair of hands!een verhaal van de hand van • a story (written) by3 de zieke is aan de beterende hand • the patient is on the mend/getting betteraan mijn rechter/linker hand • on my right/left (hand/side)aan de winnende hand zijn • be winning〈 figuurlijk〉 iemand op zijn hand hebben/krijgen • have/get someone on one's side¶ wat is er daar aan de hand? • what's going on there?〈 figuurlijk〉 alsof er niets aan de hand was • as if nothing had happened/was wronger is iets aan de hand • there's something the matter/upiets/iemand in de hand werken • encourage something/someone; 〈 iets ook〉 make for something; 〈 iemand ook〉 play into someone's hands〈 van personen〉 zwaar op de hand zijn • be heavy/ponderousop handen zijn • be (near) at hand/imminent/forthcomingvan de hand in de tand leven • live from hand to moutheen verzoek/voorstel van de hand wijzen • refuse a request 〈 verzoek〉; turn down a proposal 〈 voorstel〉 -
12 beentje
1 [klein been] small/little leg♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 zijn beste beentje voorzetten • put one's best foot forward; 〈 met betrekking tot gedrag〉 be on one's best behaviour -
13 zijn beste beentje voorzetten
zijn beste beentje voorzettenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > zijn beste beentje voorzetten
-
14 voet
1 [lichaamsdeel; deel van een kous] foot3 [versvoet; lengtemaat] foot5 [afdruksel] footprint♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 op staande voet • at once, on the spot; 〈 met betrekking tot verleden ook〉 then and there〈 figuurlijk〉 ergens (vaste) voet krijgen • gain a (firm) foothold somewhere, obtain a firm footingde voeten vegen • wipe one's feet〈 figuurlijk〉 iemand de voet dwars zetten • put a spoke in someone's wheel, thwart/frustrate someonevoet aan wal zetten • set foot ashoreiemand op de voet volgen • follow in someone's footsteps〈 figuurlijk〉 de gebeurtenissen/de ontwikkelingen op de voet volgen • 〈 bijhouden〉 keep (a close) track of events/developmentste voet gaan • walk, go on footnog goed uit de voeten kunnen • still be steady on one's legsvoor de voet(en) weg • off-handiemand voor de voeten lopen • 〈 figuurlijk〉 hamper someone, get under someone's feetvoet(je) voor voet(je) • step by stepde zieke kan geen voet verzetten • the patient is too weak to movegeen voet buiten de deur zetten • not set foot outside the doorik zet daar geen voet meer in huis • I won't ever set foot in that house again〈 figuurlijk〉 geen voet aan de grond krijgen • have no success, make no headway2 de voet van een glas • the stem/base of a glassde voet van een zuil/lamp • the base of a column/lampop gelijke voet met elkaar omgaan • be on an equal footingop gespannen voet staan met iemand • be at odds with someonezij staan op goede/vriendschappelijke voet met elkaar • they are on good/friendly terms (with each other)op grote voet leven • live in (great) styleop te grote voet leven • live beyond one's meansop vertrouwelijke voet staan met iemand • be on familiar terms with someonede zaken op dezelfde voet voortzetten • continue business (on the same footing) as beforeop voet van oorlog leven • be on a war footingop voet van gelijkheid • on equal terms -
15 land
1 [wat boven water uitsteekt] land2 [bouwland] land3 [platteland] country(side)4 [staat] country5 [vaderland] country6 [streek] land♦voorbeelden:land betreden • set foot ashoreaan land komen • land, come ashoreaan land gaan • go ashorehij kon nog naar het land zwemmen • he was still able to swim to the shoregoederen over land vervoeren • transport goods overlandte land en ter zee • on land and sealand (in zicht)! • land ho!land in zicht krijgen • come in sight of land, sight land3 een kind van het land • a country boy/girlop het land wonen • live in the countryin ons land • in this countryover het hele land • throughout the country〈 spreekwoord〉 in het land der blinden is eenoog koning • in the country of the blind, the one-eyed man is kinghet land dienen/verdedigen • serve/defend one's countrywaren uit/van eigen land • domestic goodshier te lande • hereabouts, in these partsergens het land over hebben • be annoyed about something -
16 onder
onder1〈 bijwoord〉2 [beneden/aan de voet van iets anders] underneath3 [naar beneden] under4 [in elliptische uitdrukkingen] 〈zie voorbeelden 4〉5 [beneden in huis] downstairs♦voorbeelden:1 onder aan de bladzijde • at the foot/bottom of the pageiemand van onder tot boven opnemen • look someone up and downachtste regel van onder • the eighth line from the bottom4 de zon is nog niet onder • the sun hasn't set/hasn't gone down yetde kinderen zaten onder • the children were covered with it5 we wonen onder • we live downstairs/below————————onder2〈 voorzetsel〉2 [te midden van] among(st)3 [in de kring van] among(st)4 [tijdens] during5 [ten tijde van] under6 [vlak bij] nearby8 [beschermd door] under9 [ondergeschikt aan] under11 [met gebruikmaking van] in♦voorbeelden:1 onder een auto komen • be hit/be run over by a carhij zat onder de prut • he was covered with mudde tunnel gaat onder de rivier door • the tunnel goes/passes under the riverer is veel geld onder de mensen • there is a lot of money aboutonder andere • among other thingsJohn, onder anderen, heeft bezwaren • John, for one, objectshet blijft onder ons • it's strictly between you and meonder ons gezegd (en gezwegen) • between you and me (and the doorpost)diegenen onder ons die • those among/of us whoonder het schrijven • while writingonder het werk • during working hourseen dorp onder Leiden • a town just outside Leidenonder de ogen van iemand • before someone's very eyes; 〈 maar die ziet het niet〉 under someone's nosezij is onder de dertig • she's under thirtyzes graden onder nul • six degrees below zeroonder vrijgeleide • under safe conductzij leed erg onder het verlies • she suffered greatly from the loss
См. также в других словарях:
put one's foot in it — or[put one s foot in one s mouth] {v. phr.}, {informal} To speak carelessly and rudely; hurt another s feelings without intending to; make a rude mistake. * /He put his foot in it with his remark about self made men because Jones was one of… … Dictionary of American idioms
put one's foot in it — or[put one s foot in one s mouth] {v. phr.}, {informal} To speak carelessly and rudely; hurt another s feelings without intending to; make a rude mistake. * /He put his foot in it with his remark about self made men because Jones was one of… … Dictionary of American idioms
put\ one's\ foot\ in\ it — • put one s foot in it • put one s foot in one s mouth v. phr. informal To speak carelessly and rudely; hurt another s feelings without intending to; make a rude mistake. He put his foot in it with his remark about self made men because Jones was … Словарь американских идиом
put one's foot in it — (informal) To spoil anything by some tactless blunder or remark • • • Main Entry: ↑foot * * * put one s foot in it (or put one s foot in one s mouth) informal say or do something tactless or embarrassing; commit a blunder or indiscretion … Useful english dictionary
put one's foot in it — ► put one s foot in it informal say or do something tactless or embarrassing. Main Entry: ↑foot … English terms dictionary
put\ one's\ foot\ in\ one's\ mouth — • put one s foot in it • put one s foot in one s mouth v. phr. informal To speak carelessly and rudely; hurt another s feelings without intending to; make a rude mistake. He put his foot in it with his remark about self made men because Jones was … Словарь американских идиом
put one's foot down — ► put one s foot down informal 1) adopt a firm policy when faced with opposition or disobedience. 2) Brit. accelerate a motor vehicle by pressing the accelerator pedal. Main Entry: ↑foot … English terms dictionary
put one's foot down — phrasal : to take a firm stand put his foot down on our staying out after midnight : give a clear or decisive order * * * put one s foot down (informal) To take a firm decision, usu against something • • • Main Entry: ↑foot * * * informal adopt a … Useful english dictionary
put one's foot down — To put one s foot down means to exert authority to prevent something from happening. The child wanted to sleep on the sofa but his father put his foot down and sent him to bed … English Idioms & idiomatic expressions
put one's foot in one's mouth — idi put one s foot in one s mouth, to make an embarrassing blunder … From formal English to slang
put one's foot down — idi put one s foot down, to take a firm stand; be decisive or determined … From formal English to slang